‘Docent word je door een diploma, maar ben je door ervaring’
Jacob Eikelboom, al ruim zestien jaar docent op de HvA, schrijft elke twee weken een column over het verwarrende leven op en rond de hogeschool. Deze keer denkt hij na over wat een docent in het hoger onderwijs écht goed maakt.
Elk jaar verschijnt een rapport van de Onderwijsinspectie waarin de staat van het onderwijs staat beschreven, van basisscholen tot en met het hoger onderwijs. In 140 pagina’s beschrijven ambtenaren van het ministerie van OCW hun zorgen over de basisvaardigheden taal en rekenen, over uitval, kansengelijkheid, bestuur en onderwijskwaliteit.
Eén van hun aanbevelingen is dat hogescholen docenten meer tijd moeten geven om te professionaliseren. Een professionele docent is een goede docent, zo is de redenering. En dat doe je door je te blijven ontwikkelen. Helemaal mee eens. Stilstaan is achteruitgaan. Elke student heeft recht op een professionele en deskundige docent.
Veel bijscholing die ik als docent heb gevolgd, was verplicht en geestdodend
In de loop der jaren heb ik als docent aardig wat professionele bijscholing gevolgd. Soms nuttig en inspirerend (over AI in het onderwijs, over taalontwikkelend lesgeven, over toetsen maken), vaak verplicht en geestdodend (over toetsmatrijzen en rubrics, over Feedbackfruits, over Onstage, Testvision en andere systemen, over beleid en kaders die ik mij niet eens meer herinner).
Ik vraag mij af waar die extra uren professionalisering uit de aanbeveling van de inspectie in gaan zitten. Nog een cursus over een systeem? Nog meer inspiratie over een onderwijskundig concept door iemand die zelf geen lesgeeft? Nog meer informatie over microagressies en klimaatdepressies? En zo ja, word ik daar dan een betere docent van?
Voor mij is een goede docent inhoudelijk expert, didactisch creatief en pedagogisch bevlogen. Goed onderwijs betekent voor mij improviseren, gevoel voor timing, uitdagen, journalist zijn, vader-moeder zijn of juist niet, vormgeven, vragen stellen, luisteren, sturen, loslaten, theater, boot camp, yoga en disco. En dat alles gecombineerd met een goed beeld van je eigen opleiding en werkveld en volledige kennis van je eigen vak. Zou de inspectie dat bedoelen met professionalisering van de docent? Maar waar en hoe leer je dat?
Het lijkt mij nuttiger als docenten van elkaar gaan leren en bij elkaar kijken wat werkt
Docent word je met een diploma, maar docent ben je door ervaring. Ik werk inmiddels zo’n zestien jaar op de HvA en daarvoor nog jaren in het voortgezet onderwijs. En ik vind mijn werk nog steeds erg leuk en studenten vinden dat ik er goed in ben. Maar het heeft wel even geduurd voor ik de docent werd die ik ben. Een goede docent worden kost tijd. Het is niet zo raar dat het rapport van de inspectie ook aandacht vraagt voor de begeleiding van nieuwe docenten in het hbo, die ondermaats zou zijn.
In plaats van nog meer professionaliseringsuren te besteden aan hoe het werkt volgens de boekjes, vaak verteld door externen, lijkt het mij nuttiger dat docenten de professionalisering zelf gaan organiseren. Loop mee met elkaar, wissel uit, doe de lokaaldeuren open, maak contact, val en sta op. Leeruitkomsten, constructive alignment, rubrics en Brightspace bieden een schijnhouvast voor nieuwe docenten.
Een les die op papier en volgens het systeem klopt, biedt geen garantie voor een succesvolle les vol onverwachte gebeurtenissen, vragen, humeuren en variaties aan invalshoeken. Studenten trappen niet in aangeleerde trucjes en papieren werkelijkheden. De echte houvast als docent? Dat ben jij zelf en dat zijn we samen, docenten en studenten. Bijna alles wat je als docent doet vanuit een oprechte intentie werkt. Ook als je een keer iets niet weet, of een foutje maakt. Dat vereist goed, gelijkwaardig en eerlijk contact met je studenten en je collega’s. Dat is het vertrekpunt en de basis van elke les.
Het rapport over de staat van het onderwijs is niet het enige rapport met aanbevelingen voor het onderwijs, naast alle visitatierapporten, tevredenheidsonderzoeken en rapporten van verschillende expertisecentra. Jaarlijks krijg je als docent een hoop observaties en advies over je uitgestrooid door mensen die ik nog nooit in mijn les heb gezien. Nee, dan liever een advies, observatie of opmerking van een student. Deze mail kreeg ik aan het eind van blok 3 van een student, Ghedam.
Beste Jacob,
Voor het geval dat we elkaar op de HvA niet zien, wil ik laten weten dat ik heel erg dankbaar ben voor de lessen en informatie die ik de afgelopen jaren van jou heb gekregen. Ik heb bijvoorbeeld mede door jouw informatie extra tijd voor de toets gekregen, dat heeft mij goed geholpen. Daarnaast vond ik de inhoud van je lessen en de manier van het lesgeven heel goed.
Daar kan voor mij geen inspectierapport tegenop.