Meer personeel in de zorg? ‘Laat ze doen waarvoor ze zijn opgeleid’

18 februari 2022
Beeld:

Daniël Rommens

Geplaatst door
Benne van de Woestijne
Op
18 februari 2022

Om het personeelstekort in de zorg terug te dringen, is meer verpleegkundigen opleiden niet genoeg. Het gaat erom dat ze in de zorg blijven, pleiten HvA-decaan Nynke van Dijk en opleidingsmanager Corine Latour. Anders wordt het tekort alleen maar groter. 

Talloze getalenteerde, ambitieuze studenten leiden ze op bij HBO-Verpleegkunde, als je opleidingsmanager Corine Latour mag geloven. ‘Die studenten van ons staan te springen om ervaring op te doen in de zorg.’ Maar dan, na hun afstuderen, lijkt er bij veel van die studenten opeens iets te knakken. Ze raken gedemotiveerd, vinden geen uitdaging meer of ervaren simpelweg geen plezier in hun baan. Ze vertrekken.

Veertig procent van de afgestudeerde verpleegkundigen zegt binnen drie jaar de baan op, waardoor het zorgtekort de komende jaren alleen maar verder oploopt. Een tekort ‘van ongekende proporties’ dreigt, luidt de dramatische boodschap van vakbond FNV. In 2025 zouden we ruim 125.000 verpleegkundigen tekortkomen, en met de vergrijzing in zicht loopt dat aantal alleen maar verder op. Wat kunnen verpleegkundeopleidingen daaraan doen?

Omgaan met stagetekort

Op de HvA vangen ze het stagetekort op door alternatieve leervormen voor de stage te verzinnen. Niet dat het stagelopen helemaal vervangen wordt, maar je zou studenten deze ‘praktijkervaring’ wel deels binnen de opleiding kunnen laten opdoen.

 

Dat kan bijvoorbeeld door studenten zich te laten verplaatsen in patiënten met VR-brillen, of te oefenen met geavanceerde poppen, die precies reageren zoals echte patiënten ook doen als je ze verpleegt. De poppen kunnen kokhalsgeluiden maken, hebben een bloeddruk die kan stijgen en kunnen zelfs in shock raken. Het is peperduur materiaal en het kost veel werk om studenten er goed mee te leren onderwijzen. Maar bij de HvA zien ze het ook als een verrijking: nu kun je complexe verpleegkundige handelingen op de opleiding oefenen.

Behoud mensen in de zorg

Meer verpleegkundigen opleiden misschien? Nou, aan animo voor het beroep ligt het niet, ondanks alle berichtgeving over de hoge werkdruk en het lage loon. Steeds meer studenten melden zich voor de verpleegkundeopleiding aan; het is dus niet zo dat de zorg haar aantrekkingskracht als roeping is verloren. En dat studenten in het eerste jaar uitstromen? ‘Daar is niet zo veel aan te doen’, denkt Latour. ‘Dat jaar heeft een selecterende functie, bovendien halen steeds meer studenten de laatste jaren hun propedeuse in een jaar.’

 

Genoeg plek bieden aan studenten is überhaupt al lastig, onder meer door de schaarste aan stageplekken (zie kader). De zorg loopt al op haar tandvlees en heeft dus niet genoeg begeleiding beschikbaar voor studenten die stage willen lopen. Dat baart zorgen, erkent Nynke Van Dijk, decaan van de Faculteiten Gezondheid en Bewegen, Sport & Voeding. ‘Als het zorgtekort oploopt, kan dat mogelijk invloed gaan hebben op de omvang en kwaliteit van onze stages’. Er wordt dus hard gewerkt om het tekort al op de opleidingen op te vangen, ‘en er wordt zeer intensief samengewerkt met andere zorgopleidingen om elkaar wat betreft stageplekken niet in de weg te zitten.’ 

 

Aan samenwerking en genoeg getalenteerde verpleegkundigen geen gebrek, kortom. ‘Je lost dit probleem uiteindelijk alleen op door afgestudeerde verpleegkundigen aan het werk te houden’, zegt Van Dijk. ‘We moeten iets doen aan het aantal mensen dat zo snel het vak uitgaat. Want dat aantal is enorm.’

Beeld: HvA | Corine Latour

Geef ruimte aan hun ambitie

Ligt het aan het salaris? ‘Dat komt heel vaak om de hoek kijken als reden voor vertrek,’ vertelt Latour. Maar, nog belangrijker, is investeren in meer ruimte (lees: geld) voor de zorg zelf, zodat afgestudeerde hbo-verpleegkundigen daar het werk kunnen doen dat bij hun niveau past, en bij de uitdaging die ze zoeken. 

 

Waar het volgens Latour en Van Dijk namelijk steeds weer om draait, is dat afgestudeerde hbo-verpleegkundigen niet de kennis en vaardigheden kunnen inzetten die ze op de opleiding leren. Er is te weinig uitdaging voor ze, omdat er in zorginstellingen te weinig onderscheid wordt gemaakt tussen het werk van hbo- en mbo-verpleegkundigen. ‘Het ligt gevoelig, maar onze studenten vragen zich nu al af waarom ze straks hetzelfde gaan doen als een mbo-verpleegkundige’, stelt Latour. Dat werkt demotiverend, ‘dus gaan ze op zoek naar een plek waar ze wel uitdaging kunnen vinden’.

Beeld: Monique Kooijmans | Nynke van Dijk

Terwijl het niveau op de opleiding ontzettend hoog is, vertelt Latour. ‘Studenten leren in onze opleiding klinisch te redeneren, de wetenschap te gebruiken voor de praktijk en dus met bijzonder complexe medische zorg om te gaan. Maar omdat de zorg door de tekorten wordt beheerst door “productiedenken”, is er geen ruimte voor afgestudeerde hbo’ers om hun vaardigheden en kennis in te zetten’, volgens Latour. ‘Ze gaan op in de waan van de dag en krijgen niet de tijd om het werk te doen dat ze willen doen. Als een verpleegkundige zich bijvoorbeeld wil bijscholen, is de reactie steeds: nee, dat kan niet, want dan moeten we een bed op de afdeling sluiten.’

 

Doorbreek de cirkel

‘Wij willen dat onze studenten goed landen’, legt Van Dijk uit. ‘Maar daarvoor moeten ze de talenten die ze bij ons ontplooien door kunnen ontwikkelen in het werkveld. Uiteindelijk sla je daar twee vliegen in een klap mee: je maakt de zorg er inhoudelijk stukken beter van en je houdt je verpleegkundigen gemotiveerd en uitgedaagd. Je móét daar ruimte voor bieden, want anders vertrekken ze.’

‘Wij willen dat onze studenten goed landen’

‘Ja, dat gaat uiteindelijk over geld’, erkent Latour. Die investeringen moeten er komen en de decaan en opleidingsmanager zien het dan ook als hun taak om dat het werkveld duidelijk te blijven maken, vertelt Van Dijk. ‘Al is het maar om steeds te blijven benadrukken hoe talentvol onze studenten zijn en hoe buitengewoon goed ze complexe zorg aankunnen.’

 

Het frustreert hen dan ook dat om het personeelstekort in de zorg tegen te gaan, er momenteel verpleegkundigen uit de Filipijnen worden gestrikt door ziekenhuizen. Verpleegkundigen uit het buitenland laten invliegen heeft weinig zin, schreef Latour daarover in een opinie in de Volkskrant. Wat wel zin heeft is Nederlandse verpleegkundigen de kans te geven, anders blijft het ‘dweilen met de kraan open.’ Want aan talent ontbreekt het niet in de Nederlandse zorg; wel aan de mogelijkheden om het talent dat hier al is zich te laten ontplooien.