Pizza’s, energiedrank en slaapmatjes. Dit was de Global Game Jam
Een weekend lang studenten games laten maken in een verder verlaten schoolgebouw. Dat gaat precies zoals je verwacht, zag HvanA-redacteur Emmeke Bos.
Wie door het Muller-Lulofshuis loopt, kan het nog ruiken: de zoete, glazuurvretende geur van energiedrankjes met ondertonen van stress, zweet en deodorant.
Afgelopen weekend bivakkeerden hier tientallen programmeurs, designers en gametesters die meededen aan de Global Game Jam: een wereldwijde wedstrijd waarbij de uitdaging is om in 48 uur een compleet werkende game te maken. Ik volgde een groepje ontwikkelaars en zag al mijn vooroordelen bevestigd.
Vrijdagmiddag, 16.15u
Terwijl de meeste studenten hun weekend tegemoet fietsen, druppelen de gamejammers binnen. De doorsnee-gamejammer is een jongen van een jaar of 19 en studeert Game Design aan de HvA, maar ook vrouwen, volwassen amateurgamemakers en mensen van andere studierichtingen zijn gespot.
Het thema van de game jam wordt bekendgemaakt: This is what home feels like. Een ironische zinspeling op het feit dat negentig procent van de mensen dit weekend zijn huis amper of niet zal zien.
Als één van de weinige vrouwen ter plekke word ik constant aangesproken door deelnemers als de teams worden samengesteld. Ik voel me enorm gewild, maar mensen raken al snel teleurgesteld als blijkt dat ik geen artist ben. Dat zijn – leer ik – de mensen die goed de poppetjes, huizen en andere props in games kunnen tekenen. En daar blijken er te weinig van te zijn.
Ik volg een groepje studenten naar een klaslokaal. Deze ruimte is de komende dagen de thuisbasis voor vier studenten Game Development van de HvA. Tom Bosman (22), Hugo de Kruijf (22), Yannick Mulder (29) en Bob van Unen (24) installeren zich in een hoekje met bij elkaar geschoven tafels. Aan de andere kant van het lokaal staat een berg grijze stoelen die het hele weekend zo blijft staan.
Ze hebben geluk: dit is een groot lokaal met ramen die open kunnen. Andere groepjes hebben minder geluk en zitten in een klein hokje, waar amper vier tafels inpassen en waar de lucht al snel zuurstofarm begint te worden.
De studenten halen post-its, A4’tjes, whiteboardstiften en kleurpotloden tevoorschijn. De game gaat ‘Crystal Invaders’ heten en het is de bedoeling dat je kristallen verslaat en daarmee punten verzamelt.
Het eerste blikje energiedrank wordt opengetrokken. Ik loop een rondje en wanneer ik terugkom ruik ik de eerste deodorant al.
Zaterdagochtend, 9.00u
De nacht was kort. De meeste studenten sliepen ergens tussen drie en half zes, vaak op dunne matjes, soms op een dik luchtbed en een enkeling lag, bij gebrek aan een matje, gewoon plat op de grond.
Tijd voor ontbijt. Wie wil kan douchen in de gemeenschappelijke doucheruimtes, maar de meeste deelnemers slaan over en gaan gelijk verder met het ontwikkelen van hun game.
Zaterdagmiddag, 16.00u
Het slaapgebrek is aan de gezichten af te zien en de deadline voor de game komt dichterbij. Toch blijven de studenten rustig – ze staren naar hun beeldschermen, tussen de laptops ligt een wirwar van snoeren, lege koffiebekers en zakken snoep. Op de grond verspreid liggen de matjes en open koffers, hoopjes kleding en flessen deo.
In een uithoek van het gebouw vind ik vier mannen die als amateurs meedoen – maar allang geen studenten meer zijn. Het is dan ook meteen het enige team met een opgeruimd lokaal en fruit op de voedseltafel. Wat de rest eet zie je hieronder.
Het is tijd om de ontwikkelde games voor het eerst te gaan testen. Maar op de helft van de deuren hangen briefjes met ‘game not ready’, of zelfs ‘alles gaat fout’. Boven de laptops hangen vermoeide gezichten.
In een van de bedomptere kamertjes lijkt het laatste beetje zuurstof uit de kamer weggetrokken te zijn. De tafel ligt bezaaid met snoeppapiertjes en het is er donker.
Ik vraag de ‘inwoners’ hoe ze geslapen hebben. Een jongen lacht schaapachtig. Hij heeft maar een uur geslapen, want hij heeft vier Red Bull en een heleboel koffie op. Vandaag hoopt hij op een langere nacht. ‘Ik heb dinsdag een tentamen waar ik nog niet voor geleerd heb.’
Op de gang staat een tijdelijk gamestation opgericht: een MacBook op een tafel met twee stoelen. Op het scherm zijn ronddraaiende planeetjes te zien. Het ziet er gelikt uit.
‘Ik ben docent hier en dit is niet mijn eerste gamejam’, legt de ontwikkelaar van de game uit. Hij kon zelf thuis slapen, maar heeft een tip voor wie op de HvA overnacht: ‘Je moet de sensoren in de lokalen afplakken zodat de lampen uitgaan.’
Zaterdagavond 18.30u
Terug bij het groepje HvA’ers. Ze staan in een kring om een laptop om te bespreken wat er allemaal nog gedaan moet worden. Raadselachtige Engelse termen vliegen door de lucht: damage, hits, streak. Er zijn errors, er zijn dingen die er nog bij moeten. De to-dolijst groeit.
Zondagmiddag 14.15u
Ik krijg een appje van een van de HvA’ers, dat de stress nu echt toeslaat. Om drie uur moeten alle games beneden gepresenteerd worden. De laatste snoertjes en instellingen worden geregeld. Nu mogen de vermoeide gamejammers twee uur lang elkaars game uitproberen.
Zondag 17.00u
Tijd voor de uitslag. Crystal Invaders valt niet in de prijzen. De beste studentengame is ‘Gonuts’. De game is gemaakt door Baldi Konijn, Matthys van den Berg, Joppe Min, Ruben de Graaf en Thomas Schrama. De rest van de uitslagen vind je hier.
Tijd om de blikjes bij elkaar te rapen, de slaapzakken op te rollen en thuis eens goed bij te slapen.