HvA host landelijke reanimatie competitie voor hogescholen
HvanA
Studenten Verpleegkunde van zeven hogescholen kwamen donderdag bijeen op de HvA voor een wedstrijd reanimeren. Op een ‘huisfeestje’ en in de beperkte ruimte van ‘een vliegtuig’ lieten de teams zien hoe goed zij iemands hart weer op gang konden brengen.
‘Apparaat oké’ en ‘raak de patiënt niet aan’, luiden verschillende robotstemmen in de hal buiten het auditorium van de gezondheidscampus. Studenten Verpleegkunde zitten geknield naast een pop met een zogenaamde hartstilstand en werken zich in het zweet. In duo’s proberen ze het poppenhart weer op gang te krijgen en luisteren ze ondertussen aandachtig naar de aanwijzingen van een AED-apparaat.
De studenten oefenen voor de reanimatie competitie voor hogescholen, die wordt gehost door de HvA en deze middag plaatsvindt in Zuidoost. Zeven verschillende hogescholen doen mee. ‘Bijzonder’, vindt Evelien van Hooff, HvA-docent Verpleegkunde en samen met collega Björn Schuurman initiatiefnemer van het evenement. Het is de eerste keer dat ze deze competitie organiseren.
De competitie is niet nieuw. Een wedstrijd reanimeren bestaat al langer, bijvoorbeeld tijdens het jaarlijkse congres van de Nederlandse Reanimatie Raad.
‘Het is een goede manier om studenten te trainen en kennis te laten maken met echte scenario’s,’ legt Van Hooff uit. Uit het draaiboek van de Reanimatie Raad koos zij samen met collega’s van de andere hogescholen twee scènes die de halve finale en uiteindelijk de finale vormen.
In duo’s strijden de studenten straks om de eerste prijs, terwijl ze worden geëxamineerd door leden van de Reanimatie Raad. Zij letten op de manier waarop de twee studenten met elkaar communiceren, of ze de plakkers op de juiste manier op de pop aanbrengen en of ze het protocol volgen. Ook meten ze de kwaliteit van de reanimatie met software.
Burgerhulpverleners
Anaïs Spaan en Elisa Toorenburg wachten geconcentreerd tot de wedstrijd begint. Beiden zijn tweedejaarsstudent Verpleegkunde aan de HvA en geselecteerd voor de competitie omdat zij het beste kunnen reanimeren van hun klas. Niet gek, ze zijn de enigen uit hun klas die naast hun studie ook burgerhulpverlener zijn, waardoor ze opgeroepen kunnen worden als er iemand in hun buurt in nood verkeert.
‘Ik ben in drie maanden al zes keer opgeroepen. Een grote verantwoordelijkheid.’
Een bijzondere taak om te hebben, zeggen ze. Elisa: ‘Ik heb nog nooit echt iemand hoeven reanimeren, maar ik ben in drie maanden tijd wel al zes keer opgeroepen. Een grote verantwoordelijkheid.’ Anaïs heeft wel een keer meegemaakt dat ze naast een ambulancebroeder stond die een man reanimeerde. ‘Een ingrijpende gebeurtenis’, zegt zij. De meiden hopen dat deze wedstrijd meer studenten Verpleegkunde motiveert om burgerhulpverlener te worden.
Huisfeestje
Dan is het tijd voor de wedstrijd. Tijdens de halve finale reanimeren de studenten een man die op zijn vijftigste verjaardag in elkaar zakt. Terwijl zij bezig zijn met de reanimatie, lopen de gasten (gespeeld door docenten) op de verjaardag onhandig door elkaar heen. In vier minuten tijd wordt beoordeeld hoe de studenten het ervan af brengen.
In de finale nemen de overgebleven teams het tegen elkaar op. Deze keer moeten zij een vrouw reanimeren in een vliegtuig dat aan het taxiën is. Het KLM-personeel, dat voor deze middag speciaal naar de HvA kwam, start de reanimatie. Op een gegeven moment moeten de studenten het overnemen en is het personeel van KLM niet meer beschikbaar voor assistentie. Dit keer duurt de reanimatie tien minuten. Een uitdaging omdat de ruimte tussen de vliegtuigstoelen erg krap is.
De uiteindelijke winnaars zijn Kardelen Sahin en Kishan Ramparichan van de Haagse Hogeschool. Zij wisten de reanimaties het beste uit te voeren. Evelien van Hooff is trots, vooral op de samenwerking tussen de hogescholen.
‘We hebben ontzettend veel van elkaar geleerd’, zegt ze na afloop. ‘Bijvoorbeeld hoe we BLS-onderwijs verder kunnen ontwikkelen.’ Voor volgend jaar hoopt ze op een competitie voor alle Nederlandse hogescholen. ‘Meer aandacht betekent ook meer levens redden.’
