Bij demonstraties gaat het nog vaak over de vorm, merkt Jordi

1 februari 2023
Beeld:

Rosa Tromp

Geplaatst door
Jordi Frederiks
Op
1 februari 2023

Jordi (25) is net afgestudeerd als toegepast psycholoog, wat betekent dat hij gedag moet zeggen tegen de oude gewoontes van het studentenleven. Deze week schrijft hij over de kritiek op demonstraties, waarbij vaak op de man wordt gespeeld en de boodschap ondersneeuwt.

Afgelopen weekend blokkeerde Extinction Rebellion de A12 om aandacht te vragen voor de fossiele subsidies die Nederland verleent. Daar was veel oproer over, met name omdat zes demonstranten al gearresteerd waren voordat ze überhaupt konden demonstreren. Ietwat rigoureus en indringend als je het mij vraagt, want zij hoorden gewoon te kunnen demonsteren voor hun doel.

 

Het demonstratierecht is een belangrijk grondrecht in Nederland dat we niet voor lief mogen nemen. Integendeel, ik vind dat we het juist mogen omarmen. Wanneer politici en beleidsmakers geen oog lijken te hebben voor belangrijke vraagstukken en problemen, is het aan ons als maatschappij om hen daaraan te herinneren. Demonstreren is wat mij betreft een middel om een onderwerp onder de aandacht te brengen, ook met een blokkade. Maar het kan ook op andere manieren.

 

Het actievoeren kan in de vorm van een petitie opzetten en die aan te bieden bij de desbetreffende partij of het bijwonen van een staking of demonstratie op een kenmerkende plek. Wat mij betreft kan aandacht trekken op allerlei verschillende manieren. Zolang de veiligheid van jezelf en je medemens maar vooropstaat en er uiteindelijk een dialoog ontstaat. Die dialoog mis ik nog vaak, omdat de boodschap van de demonstrerende groep niet overkomt.

 

Dat kan omdat die niet duidelijk genoeg is of – wat ik vaak zie - dat die boodschap ondergesneeuwd wordt door kritiek. Want wanneer de boodschap niet welkom is, wordt er gekeken naar de vorm of de persoon.

‘Wij moesten maar ‘lekker op de Dam gaan schreeuwen’ en het ‘probleem binnen de Randstad houden’’

Ik herinner mij de reacties goed toen ik een aantal jaren geleden met twee vrienden een petitie had opgezet voor een inclusief Sinterklaasfeest in mijn oude woonplaats in Overijssel. Daar probeerden we secuur met het onderwerp om te gaan, om de boodschap goed over te brengen.

 

Zo hadden we ons doel uitgelegd in een interview met een lokale omroep en via onze sociale media. Maar dat mocht niet baten, want een groot gedeelte van de bewoners viel onder meer over het feit dat wij niet meer in die stad woonden en dus ‘daar niks meer te zoeken hadden’. Wij moesten maar ‘lekker op de Dam gaan schreeuwen’ en het ‘probleem binnen de Randstad houden’.

 

In andere gevallen lijkt de boodschap geen kans meer te hebben omdat de vorm die overschaduwt. Kijk naar stakingen van de NS afgelopen zomer, de activist die zich in oktober vastlijmde aan de tafel van Jinek of de speech van Akwasi op de Dam tijdens de Black Lives Matter-demonstratie in 2020.

 

Het zijn voornamelijk de acties zelf die bij mensen zijn blijven hangen, terwijl eenieder zich hard aan het maken was voor een belangrijk probleem. Zelf was ik met een vriendin bij de demonstratie op de Dam en kreeg ik kippenvel van de speeches die werden gehouden. Het was emotioneel, vreedzaam en inspirerend om zoveel mensen bijeen te zien komen voor zo’n pijnlijk, maatschappelijk probleem.

 

Dat kippenvel was echter niet te merken in de weken na de demonstratie, omdat de focus niet meer lag op de boodschap. Wanneer je hebt geprobeerd om aandacht te vragen, gesprekken te voeren en om verandering te smeken en er telkens geen gehoor aan wordt gegeven, snap ik dat de vorm van actievoeren luider en ludieker wordt. En als ik dan aan de vorm denk, probeer ik bij een ‘ludieke’ actie vooral te kijken naar de noodzaak van het doel en dat de frustratie blijkbaar zó hoog zit dat deze actie gevoerd moest worden.

 

Ik hoop dat we meer in dialoog gaan met elkaar, zowel online als offline. Dat we met respect en begrip naar elkaar luisteren zonder het persoonlijk te maken of een ander te ‘cancellen’. Dat maatschappelijke vraagstukken niet meer andermans problemen zijn, maar een probleem van de samenleving.