Gevoelens van tekortschieten tergen Jordi, maar hoeveel klopt ervan?
Jordi Frederiks (26) is afgestudeerd als toegepast psycholoog en zegt gedag tegen het studentenleven, wat ook betekent dat hij gedag zegt tegen oude én nieuwe gewoontes. Deze week moet Jordi de gewoonte afleren om zichzelf op de tweede plek te zetten.
Ik kom thuis van een lange dag werken en maak me snel klaar om naar een vriend te gaan. Ik heb hem al een tijdje niet gezien vanwege onze drukke agenda's, maar vanavond gaat hij uitgebreid voor me koken om te vieren dat ik afgestudeerd ben. Heel lief dat hij dat zo voor me doet, ik mag zeker in mijn handen knijpen met hem als vriend.
Maar tijdens het klaarmaken gaat er van alles fout. Ik heb al stress, ben al aan de late kant en ben totaal vergeten om mijn verlate verjaardagscadeau voor hem in te pakken: twee lp’s, omdat hij net als ik gek is op muziek. In alle haast wil ik de stickers van de lp's aftrekken, maar trek per ongeluk een stukje van de hoes mee. Dan realiseer ik me dat ik ook geen fles wijn heb gehaald voor hem, zoals ik wilde. De ‘ellende’ lijkt als dominostenen om te vallen en ik kan alleen maar denken: ‘Wat ben ik toch een sukkel. Deze vriend doet moeite voor mij en ik doe hem zo tekort.’
In die drukte spreek ik een vriendin die zegt: ‘Het gaat toch om het gebaar? Als de rollen andersom waren geweest, had je het dan erg gevonden als je vriend laat kwam of dat een stickertje iets kapot had getrokken?’ Goed punt, want dat had mij inderdaad niks uitgemaakt. Dat ik tijd met hem doorbreng is al genoeg.
Altijd cijferde ik mezelf weg, alsof mijn wensen minder belangrijk waren
Toen zei die vriendin: ‘Misschien moet je je eerder druk maken dat je jezelf niet te kort doet.’ Die kwam binnen, want ik kan mij wel gaan druk maken of ik genoeg aandacht en tijd besteed aan mijn vrienden, maar doe ik dat wel aan – en met - mezelf?
Als je namelijk het woord people pleaser opzoekt in het woordenboek zie je een foto van mij. Altijd cijferde ik mezelf weg, alsof mijn wensen minder belangrijk waren. Iemand hoefde maar iets te vragen en ik zei ja en amen. Ik heb dus een empathisch vermogen waar je u tegen zegt.
Dat dit een probleem was realiseerde ik pas echt toen ik was begonnen aan mijn opleiding Toegepaste Psychologie, waar opdrachten van zelfreflectie je achtervolgde. En gelukkig maar. Ik hoorde soortgelijke verhalen van medestudenten en de adviezen zorgde er voor dat ik mijn eigen persoon als een katapult op de eerste plek zette.
Sindsdien heb ik veel geleerd. Ik probeer meer activiteiten in te plannen waar ik energie van krijg en waarbij ik even geen rekening hoef te houden met een ander. Dat kan een avondwandeling zijn door de stad of lekker warm in bed kruipen om Disney-films te kijken zonder telefoon. Ik ben daardoor zo veel meer ontspannen. En de energie die ik daardoor overhou is voor de mensen die ik liefheb – zonder dat het ten koste gaat van mezelf.