Intro van Techniek: brute plannen, maar zelf de slingers ophangen

31 augustus 2021
Beeld:

Kyrie Stuij

Geplaatst door
Kyrie Stuij
Op
31 augustus 2021

De introductie voor eerstejaars op de faculteit Techniek is vaag en schept vooral de illusie van een feestje. Maar tussen het kennismakingskwartet en de ‘inclusie-bingo’ door lijken eerstejaars toch te ontdooien. ‘Ik snap niet wat we moeten doen, maar ik ben blij dat het klikt.’

Hoe zorg je dat je naar festivals kan blijven gaan in Amsterdam zonder omwonenden tot last te zijn? Juist, dan bouw je een festivaleiland in het IJmeer. Gewoon binnen de gemeentegrenzen tussen Flevoland en IJburg in. Eerstejaarsstudenten Product Design zijn geïnspireerd door feesteilanden bij Dubaï en Japan en zien een prima oplossing voor onze hoofdstad. 

 

Het is een van de opdrachten in de zogenoemde festivalbox. Want hoe breek je het ijs zonder de vertrouwde HvA Experience, waar nieuwkomers hossend met bier en schorre stemmen het nieuwe jaar in knallen?

Beeld: Andrea Huntjens | Groepjes eerstejaarsstudenten Product Design werken samen rondom de festivalbox.

De oplossing komt uit een samenwerking van de hogeschool met het bedrijf Festival Delivery Service. Eerstejaarsstudenten van de faculteiten Techniek en Gezondheid worden in groepjes van zes verdeeld en werken, verspreid over de gebouwen, aan opdrachten die moeten leiden tot een festivalsfeer. Met vlaggetjes, een kennismakingsspel en een challenge bouwen de studenten hun eigen feestje.

 

Park

Althans, dat is de bedoeling. Maar de start op de faculteit Techniek is alles behalve soepel. Daar ontbreken docenten of ouderejaars die de nieuwkomers op weg helpen. Het gevolg is een lading aarzelende studenten die met een paar aanwijzingen op de mail hun groepje moeten opsporen. Een aantal weet elkaar alsnog te vinden, maar er zijn ook studenten die huiswaarts keren, of gewoon met elkaar naar het park gaan.

 

Dat erkent organisator Marnix Eykhout, die met het bedrijf Festival Delivery Service activiteiten bedenkt voor festivals. Vanwege de coronamaatregelen hadden ze kort de tijd om tot een creatieve oplossing te komen. ‘De begeleiding is noodzakelijk, dat leren wij nu ook. Op het Nicolaes Tulphuis zijn die docenten er namelijk wel en gaat het prima. Ook het vrijwillige karakter werkt niet mee. Als studenten horen dat dit niet verplicht is, zijn ze zo weer weg.’

Beeld: Andrea Huntjens | Met een kwartet over zichzelf leren de studenten elkaar kennen.

Studenten die elkaar wel hebben gevonden zijn Melle Brandsma, Lieke van Apeldoorn, Jacco van Nooije en Thijs Rosmalen. Uit het kennismakingsspel komen de verschillen tussen hen naar voren. Zo fietste de 24-jarige Melle die ochtend vanuit zijn kamer in Amsterdam naar de HvA, terwijl de 16-jarige Lieke voor het eerst alleen met de trein ging.

 

Brute plannen

Wat ze gemeen hebben, is een voorliefde voor brute plannen. Ze bedenken een oplossing voor de gemeente Amsterdam. Hoe kan de stad festivals aanbieden zonder dat de bewoners daar last van hebben? ‘Een eiland’, is de suggestie van Melle. ‘We leggen een nieuw stuk land aan, geen land dat dat beter kan dan Nederland’, zegt hij enthousiast. Jacco doet de suggestie van grote geluidsschermen, waar bewegende beelden van de Canarische Eilanden op te zien zijn. ‘Dan creeëren we gelijk een festivalsfeer.’

 

Bloedserieus stellen ze een lijst met voor- en nadelen van het plan op. Want de groep wil laten zien dat ze realistisch zijn. Zelfs de fundering wordt erin opgenomen, ‘zodat je nooit meer last hebt van een modderpoel’. En hoe zorg je dan dat er geen files ontstaan richting het eiland, vraagt Lieke zich af. Thijs: ‘Dan bouwen we er een vliegveld op, wilde Schiphol niet uitbreiden?’

 

Toen Lieke vanochtend voor het eerst met de trein ging, voelde ze zich nog een beetje zenuwachtig. ‘Er komt veel op je af, het is heel anders dan de middelbare school. Maar nu ken ik in ieder geval wat studiegenoten. De spanning is wel weg.’

 

Daar is Thijs het mee eens. Terwijl de studenten aan het einde van de dag alsnog de vlaggen uit de festivalbox ophangen en ook andere groepjes elkaar meer opzoeken, zegt hij: ‘Het is nog steeds niet echt duidelijk wat we moeten doen, maar ik ben blij dat het klikt.’