AI op de HvA: kosten besparen met intelligente apparaatjes
Machines die beslissingen nemen met kunstmatige intelligentie. Wat voor invloed heeft dat straks op jouw vakgebied? De HvA bereidt studenten en medewerkers in speciale labs voor op die toekomst.
Wat hebben je slimme thermostaat, Netflix en de chatbot van de online klantenservice met elkaar gemeen? Je zult er waarschijnlijk niet gelijk aan denken, maar alle drie maken ze gebruik van kunstmatige intelligentie. Ook wel bekend als Artificial Intelligence (AI).
Op basis van een algoritme maken computers en apparaten ‘zelfstandig’ beslissingen. Machines en software leren handelen als mensen. Denk maar eens aan de lijst met kijktips op Netflix: AI voorspelt wat jij waarschijnlijk leuk vindt. Omdat deze technologie impact heeft op ieder beroep waarvoor studenten worden opgeleid, richtte de HvA een expertisecentrum op dat zich bezighoudt met het toepassen van kunstmatige intelligentie in de praktijk.
‘Je moet je een minicomputer ter grootte van een luciferdoosje voorstellen’
Perfect moment
Elke faculteit heeft daarom een eigen lab. Hoe kan een docent bijvoorbeeld efficiënter werken met behulp van AI? Wordt het werk van een accountant makkelijker als de nieuwe technologie een groot deel van het rekenwerk overneemt? Met zulke praktische vragen gaan de labs in samenwerking met bedrijven en organisaties aan de slag. Een van die labs is het Smart Asset Management Lab, verbonden aan de faculteit Techniek.
In dit lab werkt docent en onderzoeker Ruben Stam. Hij zoekt naar manieren om onderhoud van machines voorspelbaarder en makkelijker te maken. ‘Als bedrijf wil je een onderdeel van een apparaat niet onnodig vroeg vervangen, want dat kost geld. Maar je wil ook voorkomen dat alles stil komt te liggen doordat je te laat bent.’
Om het perfecte moment van onderhoud te bepalen, ontwikkelt Stam een ‘kit’ die allerlei data van machines kan verzamelen. ‘Je moet je een minicomputer ter grootte van een luciferdoosje voorstellen, die je heel makkelijk kunt meenemen om op elke machine aan te sluiten.’ Verschillende sensoren op het apparaat kunnen bijvoorbeeld de temperatuur en trillingen meten. Op basis hiervan voorspelt de kit wanneer een machine onderhoud nodig heeft.
Minder bemanning
Docent Joppe Buntsma geeft les aan de opleiding Maritiem Officier en ziet veel waarde in de kit voor zijn studenten, die worden opgeleid tot scheepswerktuigkundigen. ‘Op een schip heb je installaties die niet stuk mogen gaan, omdat dan het hele schip stilvalt. Zo’n apparaat kan dit helpen te voorkomen, doordat je bijvoorbeeld slijtage kunt voorspellen.’ Ook kortsluiting kun je op deze manier voorkomen, legt hij uit. ‘Als je ziet dat de temperatuur oploopt, kun je gelijk handelen en het doorbrandende onderdeel vervangen.’
Buntsma ziet bovendien een grote verandering binnen zijn vakgebied. ‘Er wordt op de schepen met steeds minder bemanning gewerkt, omdat dit te veel geld kost. Er zijn zelfs schepen die mogen varen zonder scheepswerktuigkundigen aan boord. Op het moment dat er dan iets kapotgaat, wordt er speciaal iemand ingevlogen om de reparatie te doen. Diegene moet natuurlijk wel weten welke spullen hij mee moet nemen. Als de kit kan vaststellen wat er precies aan de hand is, gaat ook dit efficiënter.’ Buntsma wil zijn studenten straks leren om zelf zulke metingen uit te voeren.
Klaar voor de toekomst
Het doel van het expertisecentrum is om medewerkers en studenten minimaal de basiskennis over kunstmatige intelligentie mee te geven. Zo is iedereen straks klaar voor de toekomst. De bedoeling is dat studenten niet alleen leren hoe het werkt, maar ook weten wat de impact van deze techniek kan zijn op mens en maatschappij. Als student kun je er trouwens je minor volgen, stage doen of een afstudeeropdracht uitvoeren. ‘Ik heb nu al drie aanmeldingen van studenten uit de minor Data Science die voor hun afstudeerdopdracht met de kit aan de slag willen’, vertelt Ruben.
Benieuwd waar de AI-labs van andere faculteiten zich mee bezighouden? Neem dan eens een kijkje op de website van het expertisecentrum.