Fiere schreef zijn scriptie over zijn burn-out: ‘Het is bijna cool om druk te zijn’
Na een studie Bedrijfskunde en een bestuursjaar werd het Fiere (26) allemaal te veel: hij kreeg een burn-out. Hij schreef er zijn scriptie over, want er is nog niet veel bekend over het onderwerp, vindt hij. ‘Het is eigenlijk bizar dat ik zo veel deed dat ik uiteindelijk helemaal niks meer kon.’
Hij kan er open over praten. Fiere — gestreepte trui, goudkleurig brilmontuur op zijn neus — spreekt rustig over zijn burn-out van een paar jaar geleden. ‘Over je grenzen heen gaan raad ik niemand aan, maar het is heel leerzaam. Wie dat nooit heeft meegemaakt, weet ook niet waar die grenzen liggen.’
Is de burn-out een gevolg van te hoge werkdruk of komt het door persoonlijke problemen van een werknemer? Het afstudeeronderzoek van alumnus Fiere Bonnerman heeft een scriptieprijs gewonnen van het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging. Hierbij keek hij vooral naar het perspectief van de werkgevers, die burn-outs wegzetten als een probleem van de werknemer. Hij won duizend euro en mag een dag op pad met de vakbond om problemen aan te kaarten. Naast Fiere was ook HvA’er Thijmen Zoomer genomineerd met zijn scriptie ‘Met plezier naar het pensioen’, over de motivatie van werknemers om langer door te werken.
Hoe kreeg je een burn-out?
‘Ik had mijn studie Bedrijfskunde aan de HvA even op pauze gezet en deed een bestuursjaar bij Asva. Bedrijfskunde was niet echt iets voor mij, en een bestuursjaar was mijn manier om te kijken wat er nog meer was. Ik werkte zestig uur per week, holde van afspraak naar afspraak. Mijn huisgenoot zei: “Pas je wel op? Je werkt zo veel”, maar ik dacht alleen maar dat ik lekker bezig was. Totdat het fout ging.’
Hoe merkte je dat?
‘Het was letterlijk alsof de man met de hamer kwam. Stel je voor: je moet iets doen dat je heel vervelend vindt, waar je echt tegenop ziet. Voor mij is dat presenteren. Ik had het gevoel alsof ik telkens opnieuw een presentatie moest geven voor honderd mensen die allemaal meer over het onderwerp wisten dan ik, en dat keer tien. Ik was zenuwachtig, angstig. Toen wist ik het.’
‘Het is zo normaal geworden om druk te zijn, het is bijna cool’
Is de burn-out een ziekte van de jonge generatie?
‘Ik denk dat de algemene gedachte van deze generatie is dat je altijd meer moet doen. Met een beroepsopleiding als op de HvA al helemaal. Bij Bedrijfskunde studeerden honderdvijftig studenten per jaar af. Zoek dan maar iets dat je speciaal maakt. Voor mij was dat een hele zoektocht, naast mijn studie. Ik wilde de studie afmaken, maar ik moest er zelf méér van maken, anders was het niet goed genoeg.’
‘Het aantal burn-outs is in de afgelopen tien jaar met vijfentwintig procent toegenomen. Waren mensen vroeger na twintig jaar werken opgebrand, zijn ze dat nu na een paar jaar al. Of voordat ze überhaupt begonnen zijn.’
Wat is er dan veranderd?
‘Er ligt meer druk op mensen: je moet sneller door je studie heen, ook ernaast werken, en jezelf bewijzen. Het is zo normaal geworden om druk te zijn, het is bijna cool. Iedereen lijkt zijn studie in vier jaar te doen, met een bijbaan ernaast, en werkt ondertussen ook aan zijn portfolio. We zijn gegroeid naar een wereld vol prestatiedruk.’
Na zijn bachelor Bedrijfskunde volgde Fiere een schakelprogramma Sociologie en Organisatiewetenschappen. Met zijn scriptie voor dit programma won hij de Scriptieprijs van het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging in de categorie hogescholen. Nu doet Fiere een master Sociologie aan de Vrije Universiteit.
Je hebt het over prestatiedruk, maar vervolgens schrijf je een scriptie tijdens een zwaar schakelprogramma, en win je daar een prijs mee. Dat is prestatiedruk ten top. Dan doe je er zelf toch aan mee?
‘Ik denk dat niemand zich ervan bewust is hoe veel ze doen. Het feit dat er überhaupt een prijs is voor de beste scriptie, en dat studenten die willen winnen, zegt al genoeg over hoe ver die druk gaat. Tijdens het schrijven was ik niet bezig met een prijs, hoor. Ik vond zo veel tegenstellingen in dit onderwerp, dat ik me er helemaal in heb vast gezet.’
‘Het is jammer dat we ons geluk zo ophangen aan de baan die we hebben’
Later: ‘Nu ik zo uitzoom, is het ook eigenlijk best raar. Ik sta bijna cum laude op mijn cijferlijst, en iets in mij zegt: nu moet je dat hoge gemiddelde halen ook. Zo houd ik dat systeem van presteren natuurlijk zelf ook in stand. Met mijn scriptie hoop ik dat niet te doen, maar wil ik laten zien dat het heel waardevol kan zijn om te zien waar die druk vandaan komt. We zijn allemaal bezig met onze carrière en succes. Het is alleen jammer dat we ons geluk zo ophangen aan de baan die we hebben.’
Wat onderzocht je in je scriptie?
‘Ik dacht altijd dat een burn-out ontstond, omdat het aan de mentale toestand van die persoon lag. Maar volgens de literatuur die ik las, ligt het aan het werk. Door de snellere economie, de verhoogde prestatiedruk en het idee meer geld te moeten verdienen, nemen de taakeisen voor de werknemer toe en krijgt die een burnout. Maar als het aan het werk ligt, waarom gebeurt het dan? Dat moet toch te voorkomen zijn, dacht ik.’
‘Maar zo denken werkgevers er niet over. Die zeggen dat het aan de persoon zelf ligt. En zo verandert er dus niks. In de wetgeving geldt een burn-out niet als een beroepsziekte. Terwijl dat wel gebeurt als je met giftige stoffen werkt en daarvan ziek wordt. Als je een burn-out krijgt, heb je geen recht op compensatie voor je psychische kosten. Je moet het helemaal zelf oplossen. Terwijl er zo veel bewijs is dat werk de veroorzaker van het probleem is, dan moet je dat aanpakken.’
‘Mijn burn-out heeft voor veel inzichten gezorgd’
Wat moet er veranderen?
‘Die wetgeving zou een begin zijn. Dan kun je werkgevers een boete geven en financieel aansprakelijk stellen. Zo prikkel je hen om beter voor hun werknemers te zorgen. In Frankrijk bestaat er een wet die stelt dat je niet verplicht bent om buiten werktijden bereikbaar te zijn voor je baas. Zoiets zorgt ervoor dat je niet de hele dag “aan” staat.’
Hoe heb jij je burnout aangepakt?
‘Ik ben halve dagen gaan werken. Van negen uur ‘s ochtends, tot twaalf of één uur. Ik wilde niet alleen maar thuis gaan zitten, dat is niks voor mij. Ik let nu wel beter op. Als ik vandaag een interview en nog een afspraak heb, ga ik daarna gewoon thuis chillen. Dan hoef ik niet nog de hele middag door.’
Hoe gaat het nu met je?
‘Goed. Mijn burn-out heeft voor veel inzichten gezorgd. Het is eigenlijk bizar dat ik zo veel deed dat ik uiteindelijk helemaal niks meer kon. Gelukkig weet ik inmiddels waar mijn grenzen liggen.’