Joachim onderzoekt hoe marktkooplui hun afvalberg verkleinen
Op een winderige middag vliegen de plastic zakjes je om de oren op Plein ’40-’45 in Amsterdam Nieuw-West. HvA-onderzoeker Joachim Meerkerk helpt marktkooplui afval te verminderen, maar de gemeente ligt dwars.
Groen, wit, rood. Alle kleuren oude bestelbusjes staan her en der geparkeerd op Plein ’40-’45. De kleine klokkentoren aan de zijkant van het plein slaat tien uur. Onder de toren is het een drukte van jewelste. Marktlieden zijn bezig hun busjes leeg te halen en hun koopwaar uit te stallen in hun marktkramen.
De markt op Plein ’40-’45 is een van de drukstbezochte van Amsterdam. De markt ligt ingeklemd tussen een drukke straat, een stadsdeelkantoor en een aangrenzend winkelcentrum. Jurken, groenten, panty’s, tapijten: een bonte verzameling spullen ligt in de openlucht klaar om verhandeld te worden.
Gemeente versus marktkooplui
Keerzijde van al die snuisterijen: een hele hoop afval. Als hier een keer windkracht vier staat, vliegen de zakjes door de hele wijk, vertellen Redouan Boussaid en Joachim Meerkerk. Boussaid heeft vanuit het stadsdeel Nieuw-West de opdracht gekregen Plein ’40-’45 schoner te maken. Meerkerk is als onderzoeker van Urban Management vaak op het plein om te verkennen hoe de gemeente ondernemers kan stimuleren om het afvalprobleem zelf op te lossen.
Want dat gaat nog niet goed, vertelt Meerkerk op de markt. Hij loopt door de rijen kramen en wijst naar een stapel pallets met mango’s. ‘Het grootste probleem komt van de groentekramen. Zij kopen bij groothandels partijen fruit en groenten, waarvan meer dan de helft al bedorven is. Die bedorven groenten vissen ze ertussenuit, en worden op de markt als afval verwerkt, in plaats van bij de groothandel zelf.’
Het onderzoek op de markt in Plein ’40-’45 is onderdeel van een Europees onderzoeksproject. Hoe kunnen lokale overheden ruimte geven aan samenwerkende ondernemers en buurtinitiatieven om problemen op te lossen? Die vraag staat centraal in het Europese onderzoeksproject ABCities.
Dat de markt minder afval moet produceren, daar is ook groenteverkoper Mustapha Daoudi het mee eens. Hij heeft zelf een kleine aanpassing gedaan: via een ingenieus systeem komen er nu niet drie plastic zakjes los van een rol, maar gewoon één. Daardoor vliegt er minder plastic rond in de wijk.
Loslaten
Maar Daoudi voelt zich door de gemeente tegengewerkt. ‘Wij willen zelf afval scheiden en verkopen aan recyclebedrijven, maar moeten verplicht afvalheffing betalen. We scheiden ons afval netjes, maar komen er vervolgens achter dat alles op een hoop de verbrandingsoven in gaat. Want de gemeente scheidt bedrijfsafval niet.’
Meerkerk en Boussaid zien ook dat de gemeente geneigd is te denken in risico’s en de marktkooplui niet serieus neemt als het gaat om het zelf verminderen van afval. Boussaid: ‘Er is een initiatief om gft-afval apart te verzamelen en naar een plantenkas in de buurt te brengen, zodat de kas via een biovergister verwarmd kan worden. Fantastisch idee, maar de gemeente vindt het een te groot risico dat het afval vervoerd wordt door particulieren zelf, die daar geen ervaring mee hebben.’
Loslaten en ruimte geven om af te wijken van het centrale afvalbeleid, dat adviseert Meerkerk de gemeente dan ook. ‘Eigen verantwoordelijkheid betekent ook vrijheid om zelf bedachte ideeën uit te voeren, ook als dat botst met het centrale beleid.’