Scheuren in ijs worden HvA’ers fataal tijdens ‘Elfstedentocht’
Drie studenten stonden woensdag aan de start van de Alternatieve Elfstedentocht. Een race van tweehonderd kilometer over het bevroren Oostenrijkse Alpenmeer 'Der Weissensee'. Geen van hen haalde de eindstreep.
Woensdagochtend op de Weissensee. Het is -13 °C. Meer dan honderd schaatsers staan stil op het ijs, elkaar hullend in kleine wolkjes ademdamp. Wachtend op het startschot van de zwaarste schaatswedstrijd van de wereld.
Te midden van dit elitepeloton bevinden zich drie HvA-studenten. Cas van Trierum (24), Koen de Best (22) en Jesper Koen (21). Zij vrezen de kou niet: ‘We hadden extra lagen thermokleding aangetrokken en onze schaatsen aan de onderkant omwikkeld met bubbeltjesplastic en duct tape. Dan krijg je geen bevroren tenen,’ zegt Cas, student ICT Software Engineering.
Dans
Eenmaal op weg wordt het drietal, alledrie lid van Team Port of Amsterdam, geconfronteerd met een groter probleem dan de kou. ‘Er zaten overal scheuren in het ijs,’ vertelt Koen, die Sport, Management & Ondernemen studeert. ‘Je moet daardoor voortdurend opletten, proberen haaks over die scheuren te glijden. Als het goed gaat is het een soort dans.’
Aan dansen komt Cas echter niet toe. ‘Ik was aan het ploeteren. Kwam niet in mijn slag. Wat ik ook probeerde, ik zakte steeds verder terug in het peloton.’ Na dertig kilometer staakt hij zijn race. ‘Ik wist dat ik niets meer voor mijn ploeg kon betekenen.’
‘Toen de strijd net losbarstte, bleef ik haken in een scheur. Ik ging plat neer op het ijs’
Janken en zwoegen
Debutant Jesper, student Ergotherapie, rijdt op dat moment eenzaam en alleen over het meer. ‘Na tweeëneenhalf rondje bleef mijn schaats haken in een scheur. Het ijzer bleek verbogen. Ik probeerde het nog recht te buigen door met mijn schaats tegen het ijs te schoppen, maar dat had weinig effect. Ik kon wel janken, want ik wist toen dat ik de Elfstedentocht niet zou uitrijden.’
Veertig kilometer lang blijft Jesper tegen beter weten in zwoegen op zijn scheve schaats. Pas als het peloton hem op een rondje achterstand zet, is hij reglementair uitgeschakeld en trekt hij zijn schaatsen definitief uit.
De laatst overgebleven HvA’er, na tweeëneenhalf uur koers, is Koen. ‘Voor mij waren de eerste negentig kilometers vlekkeloos verlopen. Maar net op het punt dat ik verheugd dacht: “straks gaat de strijd écht losbarsten”, bleef ook ik haken in een scheur. Ik ging plat neer op het ijs.’
De fysieke naweeën van de klap kan Koen nog wel dragen, maar zijn schaats blijkt minder robuust. ‘Het ijzer stond krom. Verder gaan bleek zinloos. Ik baalde er verschrikkelijk van. Er is geen andere wedstrijd zoals deze. Revanche nemen kan pas over een jaar.’
Deurmat
Het HvA-drietal ziet later op de dag als toeschouwers hoe Port of Amsterdam-ploeggenoot Sjaak Schippers na tweehonderd bittere kilometers zich in de eindsprint stort en een vierde plek bemachtigt. ‘De hoogste klassering ooit hier voor ons team. Daar ben ik toch wel trots op,’ zegt Cas.
Het is niet de enige troost, merkt Koen op: ‘De traditionele bingo van de Weissensee organisatie komt er ook nog aan. Kunnen we misschien een mooie deurmat winnen.’