Onderwijsinspectie noemt burgerschap belangrijker dan ooit in jaarlijkse rapport

april 16, 2025
Beeld:

Pexels/Taylor Wilcox

Geplaatst door
Benne van de Woestijne
Op
16 april 2025

Te veel talent blijft onbenut in Nederland, ook leren kinderen te weinig over burgerschap. Dat zijn de belangrijkste conclusies van de Onderwijsinspectie in de Staat van het Onderwijs, het grote rapport waarin ieder jaar op een rijtje wordt gezet hoe het Nederlandse onderwijs ervoor staat.

Het rapport is vanochtend overhandigd aan het ministerie van Onderwijs. In de Staat van het Onderwijs beschrijft de Onderwijsinspectie ieder jaar wat op dit moment goed en minder gaat in ons onderwijs en waar de grootste zorgen naar uit moeten gaan.

‘Onbenut talent’ is dit jaar het thema dat door de inspectie voorop is gezet. En wel omdat er meerdere dingen niet goed gaan op dit vlak, van basis- tot hoger onderwijs. Kinderen die bijvoorbeeld met een taalachterstand aan hun schoolloopbaan beginnen, worden niet voldoende ondersteund door scholen om zo’n achterstand in te halen.

De inspectie herhaalt dat hbo’ers een universitaire master moeten kunnen volgen

Burgerschap
Scholen slagen er vooral niet in leerlingen goed te onderwijzen in burgerschap, een thema dat – mede door alle geopolitieke ontwikkelingen – veel aandacht krijgt in deze editie van de Staat. Op school leren kinderen te weinig over hoe een democratische rechtstaat (goed) werkt, of wat je rechten en plichten als burger zijn.

‘In een tijd waarin de democratie wereldwijd onder druk staat en conflicten via sociale media met grote snelheid in de klas en de collegezaal belanden, is het nodig dat onze jongeren weerbaar zijn. Als toekomstige generatie zijn zij immers aan zet om onze democratie volwaardig te laten functioneren.’

Relevant voor het hoger onderwijs: voor de ‘belangrijke’ beroepen kiezen te weinig jongeren. De uitval bij lerarenopleidingen verdient daarnaast aandacht, volgens de inspectie. Veel studenten bij tweedegraads lerarenopleidingen switchen van studie.

Herhaling
Toch zijn er voor het hoger onderwijs weleens interessantere edities van de Staat geweest. De afgelopen jaren stuurde de inspectie instellingen er nog op aan om bijvoorbeeld wat te doen aan de hoge uitval onder studenten, of het gebrek aan een goed functionerende medezeggenschap: uitdagingen die nog altijd om aandacht vragen.

Ondanks alle investeringen in het welzijn van studenten kampt een op de drie vaak met psychische klachten

Dit jaar komt de inspectie echter niet op deze pijnpunten terug. Verder zijn er weinig aanbevelingen die niet al eerder zijn gedaan. Ja, kansengelijkheid blijft belangrijk. De inspectie herhaalt in het rapport bijvoorbeeld de boodschap dat universitaire masters toegankelijk moeten zijn voor hbo’ers, zoals in maart dit jaar al werd gemeld.

Kwaliteit
Volgens de inspectie voldoen de meeste opleidingen in het hoger onderwijs dan ook aan de gewenste kwaliteit. Slechts 3,5 procent van de opleidingen moest afgelopen jaar iets ‘herstellen.’ De inspectie controleert opleidingen niet zelf, maar gaat ervan uit dat alle opleidingen bij hun zesjaarlijkse controle door de NVAO goed worden getoetst.

Kanttekeningen bij de manier waarop opleidingen worden beoordeeld zijn er wel. Bijvoorbeeld het feit dat opleidingen hun eigen beoordelaars betalen. Daarnaast blijkt in veel andere rapporten – zoals de Keuzegids – dat de tevredenheid en het studiesucces flink verschilt tussen opleidingen, maar dit thema krijgt in de Staat geen aandacht.

Investering
Opvallend is tenslotte het hoge percentage studenten dat nog steeds gebukt gaat onder psychische klachten. De afgelopen jaren zijn miljoenen euro’s geïnvesteerd om het welzijn van studenten op te krikken na corona.

Toch bleek afgelopen herfst uit de Monitor Mentale Gezondheid en Middelengebruik dat nog altijd ruim een derde van alle studenten in het hoger onderwijs (heel) vaak met psychische klachten kampt. De vraag blijft daarmee of de investeringen hun vruchten hebben afgeworpen, of dat het anders nog veel heftiger was geweest.

En het mbo?
De kwaliteit van het mbo is wel door de inspectie zelf onderzocht. Daaruit blijkt dat bijna de helft (45 procent) een onvoldoende krijgt, met name omdat veel van die scholen disproportioneel veel studenten zonder diploma zien vertrekken.

Hoe dat zit op hbo-instellingen wordt niet duidelijk – daar deed de inspectie geen onderzoek naar. Overigens was de steekproef voor het mbo niet representatief, maar het moet die scholen wel stof tot nadenken geven, vindt de inspectie.

Geplaatst door

Eindredacteur bij HvanA. Ik volg en schrijf van alles en luister graag naar de verhalen die je te vertellen hebt. Tips voor zo’n goed verhaal op HvanA? Stuur een mailtje naar benne@hvana.nl.