Studenten krijgen anatomische les in AMC: ‘Is er iemand die het hart wil vasthouden?’
Michael van der Putten
Studenten op bezoek bij de snijzaal van het AMC
Hoe gaat het eraan toe in een snijzaal, waar lichamen zijn afgestaan voor de wetenschap? Studenten van de zorgopleidingen van de HvA leerden hierover bij hun bezoek aan het AMC, HvanA mocht mee op reportage: ‘Om het lichaam zo van binnen te zien is echt heel bijzonder.’
De spanning is zichtbaar als de groep studenten de ruimte van het Amsterdam Universitair Medisch Centrum (locatie AMC) binnenstapt. Tl-licht schijnt op witte zakken met eronder twee lichamen. ‘Zijn er mensen die het eng vinden’, vraagt Arthur, een student geneeskunde die vandaag de demonstratie anatomie verzorgt? Voorzichtig gaan enkele handen de lucht in. ‘Doe dan rustig aan en ga gerust even op de grond zitten als je je niet lekker voelt.’
Spannend is het in het begin altijd een beetje, bij een bezoek aan de snijzaal. Studievereniging Venae, van de zorgopleidingen van de HvA, organiseert in samenwerking met het AMC jaarlijks deze demonstraties. ‘Onze studenten hebben veel te maken met de fysiologie van het lichaam,’ legt Shanna van Zanen van Venae het bezoek uit. ‘Daarom is het belangrijk om dat lichaam ook van een andere kant te kunnen zien. En dat is precies wat we vandaag gaan doen.’
Een bezoek aan de snijzaal
Het AMC ontvangt jaarlijks zo’n tweehonderd lichamen, die na het overlijden zijn geschonken aan de wetenschap. De lichamen, na balseming preparaten genoemd, kunnen tientallen jaren gebruikt worden. Daarna worden ze gecremeerd. Voor nabestaanden houdt het AMC ieder jaar een bijeenkomst.
Studenten van de zorgopleidingen van de HvA krijgen jaarlijks de kans om de snijzaal te bezoeken, voor educatieve doeleinden. Het gaat dan om studenten van de opleidingen Ergotherapie, Fysiotherapie, Oefentherapie of HBO-Verpleegkunde, bijvoorbeeld.
De dertien studenten die vandaag op de demonstratie zijn afgekomen hebben hun handschoenen aangetrokken en schorten omgedaan. In de hoek van het lokaal hangt een skelet en op planken aan de muur liggen modellen van verschillende soorten lichaamsdelen. Dan is het tijd om de lichamen te onthullen. ‘Is er iemand die mij wil helpen met het verwijderen van het plastic’, vraagt hij. Voorzichtig gaan enkele handen de lucht in. Arthur legt uit dat privacy voor de twee overleden personen belangrijk is, en dus mogen we hier absoluut geen foto’s van maken – ook niet van de zaal zelf, trouwens.
Beeld: AMC | De (lege) snijzaal van het AMC (archieffoto)
Dan is het zover. Op de roltafels liggen twee lichamen. Ze zijn gelig door de balseming. ‘Deze preparaten zijn klaargemaakt zodat jullie alles goed kunnen bekijken, legt Arthur uit terwijl hij de borstspier en het hart laat zien. ‘Is er iemand die het hart vast wil houden? Kijk, hier zie je goed de kamers van het hart.’ Opnieuw blijven bijna alle handen laag, op eentje na. ‘Ik wil wel’. Student Lars Dickstein (18) stapt naar voren, neemt het hart aan en begint aandachtig te kijken.
Een uur later is de sfeer anders. Een groepje studenten staat om het ene lichaam. De huid is los geprepareerd zodat onderliggende spieren goed zichtbaar zijn. Een ander voelt aan de lever en weer een ander bestudeert de spiertjes van de arm. Zijn naam is Sander van der Ploeg, student Ergotherapie aan de HvA.
Beeld: Michael van der Putten | Sander van der Ploeg
‘Dit voelt nog steeds zeer frappant’, zegt Sander. ‘Maar het is wel een hele mooie manier om te leren. Ik voelde gezonde spanning toen ik hier binnenkwam, maar die is nu weg. Ik heb vooral interesse in de handen en armen omdat ik stage heb gelopen in handtherapie, dus die spieren en pezen wil ik zien. Dat je overal aan mag zitten, dat vind ik het meest gekke nog.’
‘Je mag overal aanzitten, dat vind ik het meest gekke nog’
Arthur loopt ondertussen rond en beaamt dat de studenten altijd eerst de kat uit de boom kijken, maar na verloop van tijd alles zelf onderzoeken. ‘Dat vind ik ook leuk om te doen: mensen kennis te laten maken met het menselijk lichaam. En om mijn eigen kennis even op te frissen is het ook goed. Ik krijg vaak vagen over het vrouwelijk voortplantingsstelsel, zoals bijvoorbeeld de baarmoeder.’
Unieke kans
Lars speurt nog altijd met aandacht door de organen. ‘Je kan mensen zien lopen op straat, maar om het zo van binnen te zien is echt heel anders. Je kan ingewanden, bloedvaten, pezen, organen bekijken. Ik dacht: dit is een unieke kans, die moet je grijpen.’
De verpleegkundestudent vindt de organen het meest interessant. ‘Wat me ook enorm verbaasde is hoe klein de baarmoeder eigenlijk is. Van wat ik net zag, zou de baarmoeder in je handpalm passen en om dan te beseffen dat daar na de bevruchting een baby in groeit, is indrukwekkend.’
Beeld: Michael van der Putten | Lars Dickstein
‘Wat me enorm verbaasde is hoe klein de baarmoeder is’
Arthur legt gedurende de dag veel uit over de functies van organen. De milt is onderdeel van het lymfesysteem en aan de darmen zit de appendix, het wormvormig aanhangsel waarvan de functie onbekend is. Er komt ook een weetje over spermacellen voorbij. Omdat er geen rechtstreekse verbinding naar de eierstokken is, kunnen de kleine zwemmers na een ejaculatie in de buikholte van de vrouw terechtkomen (in zeldzame gevallen kan er een zwangerschap ontstaan). Dat is geen ramp, de spermacellen worden opgenomen door het vrouwelijke lichaam.
Als de studenten tegen het einde aanlopen van de workshop, mogen de ingewanden worden teruggestopt en de lichamen klaargelegd zoals aan het begin van de middag. Tot slot gaan de vochtige doeken en plastic zakken er weer overheen. Wat hebben de studenten nu vooral geleerd?
Student Leonora Groenhof (20) kijkt naar de plastic zakken als haar de vraag wordt gesteld: ‘Ik werk nu met een aantal patiënten die aan de beademing liggen met een tracheostoma, waarbij er een gat wordt gemaakt in je keel, zodat je zuurstof krijgt. Ik heb nu een beter beeld van hoe dat apparaat wordt aangesloten en dat is echt enorm leerzaam. Ja, ik vond het spannend, zeker in het begin. Maar het was een ontzettend leuke workshop.’