HvA scoort twee miljoen euro voor bijscholing van werknemers
Pixabay
De HvA heeft twee miljoen euro subsidie ontvangen om haar programma Leven Lang Ontwikkelen (LLO) te versterken. De subsidie wordt ingezet om de groei van onderwijs voor professionals te ondersteunen. HvanA sprak met programmamanager Annemien van der Veen.
Gefeliciteerd, staat de twee miljoen al op de rekening?
‘Dank je wel! Het geld is onderweg, de bevestiging van het Nationaal Groeifonds is binnen, dus we kunnen op 1 oktober officieel starten.’
Waar is de subsidie precies voor bedoeld?
‘Het grootste deel van de subsidie gaat naar de professionalering van de organisatie van het LLO. We richten ons op het bij- en omscholen van werkenden, wat anders werkt dan de reguliere studenten die zich via DUO registreren.’
‘Dit betekent dat we veel zelf moeten regelen, van de financiering tot de praktische uitvoering. Daarnaast willen we met een deel van de subsidie het bewustzijn vergroten dat bedrijven en werkenden uit de regio Amsterdam voor scholing bij de HvA terechtkunnen.’
De HvA gaat een breder en flexibeler scholingsaanbod aanbieden aan professionals onder de noemer Leven Lang Ontwikkelen (LLO). De HvA wil hiermee bijdragen aan het oplossen van arbeidsmarktkrapte in de regio Amsterdam.
Het programma heeft als doel om LLO binnen de HvA te ontwikkelen als een derde pijler, naast regulier onderwijs en onderzoek. De ambitie is om het aantal LLO-deelnemers te laten groeien van 7.000 in 2024 naar 20.000 in 2030.
Wat moet er veranderen bij de HvA om dit mogelijk te maken?
‘We moeten flexibel zijn en inspelen op de snel veranderende behoeften van bedrijven. Dat betekent dat we ons onderwijs voor hen meer op maat maken. Denk aan kortere, modulaire programma’s die aansluiten op wat bedrijven nu en straks nodig hebben. Daarvoor zijn binnen de hogeschool nieuwe vaardigheden nodig, zoals ondernemerschap en het kunnen inspelen op de behoeften van de markt.’
‘Daarnaast gaan we investeren in systemen om de groei in het aantal deelnemers goed te ondersteunen, zoals het registreren van deelnemers en het versturen van facturen.’
Komt er dan een aparte school voor werkenden binnen de HvA?
‘Nee, dat is niet nodig. De faculteiten blijven verantwoordelijk voor hun eigen onderwijsaanbod. Wat wij met het LLO-programma doen, is vooral ondersteunen en faciliteren. Elke faculteit bepaalt zelf welke opleidingen of modules ze aanbieden voor werkenden, maar wij zorgen ervoor dat het hen aan niets ontbreekt om dat goed te organiseren.’
Zijn de faculteiten al actief bezig met Leven Lang Ontwikkelen?
‘Absoluut. De HvA heeft al veel ervaring met het opleiden van werkenden. Deeltijd- en duale studies, maar ook programma’s zoals Make IT Work en omscholingstrajecten in onderwijs, zorg en techniek zijn voorbeelden van hoe we mensen die werken, of werk zoeken, al helpen.’
‘We hebben nu een LLO-community van ongeveer veertig collega’s uit verschillende faculteiten die de praktische zaken bespreken over hoe we verder kunnen groeien. Elke zes weken komen we bij elkaar om ervaringen te delen, afspraken te maken en te bespreken waar nog behoefte aan is. We zijn wat dat betreft óók aan het leren om groter en professioneler te worden.’
‘LLO vraagt een meer vraaggerichte aanpak dan regulier onderwijs’
Wat is uw grootste zorg bij de uitvoering van dit programma?
‘Oei, daar moet ik even over nadenken. Ik ben van nature optimistisch, maar als ik ergens bezorgd over ben, is het dat dit programma een bepaalde mentaliteit vraagt die niet altijd vanzelfsprekend is in een hogeschool. LLO vraagt een meer vraaggerichte aanpak dan regulier onderwijs. Het draait niet alleen om doorzettingsvermogen, maar vooral om ondernemerschap: kunnen denken in kansen en flexibel inspelen op veranderingen. Er is een risico dat we te veel willen reguleren en dat het programma daardoor verstikt raakt. We moeten juist ruimte bieden om te experimenteren en fouten te maken. Dat hoort erbij, en daar leren we van.’
En waar maakt u zich geen zorgen over?
‘Ik voel veel positieve energie binnen de HvA. De wil om relevant te blijven is groot. We zijn een kennisinstituut met een duidelijke maatschappelijke opdracht: mensen opleiden voor de arbeidsmarkt van nu en morgen. Als de HvA groot blijft, weet ik zeker dat we onze slagkracht als kennisinstelling behouden.’
