Raúl rommelt – Een courgette voor je dromen

15 november 2021
Beeld:

Daniël Rommens

Geplaatst door
Raúl Inzaurralde
Op
15 november 2021

Raúl Inzaurralde is SIS-specialist op de HvA. Naast die zeer opgeruimde kantoorbaan rommelt hij wat aan in het leven en daarover schrijft hij voor HvanA. Deze week leert hij Hendrik kennen, en die zal hij niet snel vergeten. 

Onderweg naar mijn moestuin fietste ik langs een boerderij waar blijkbaar een boekenmarkt was. Ik parkeerde mijn fiets en liep tussen de kraampjes door. Een stokoud mannetje met ondeugend gezicht keek mij priemend aan en liep op mij af. ‘Wat is jouw naam?’, vroeg hij. ‘Raúl’, zei ik met Nederlands accent. ‘Wat?’, vroeg de man. ‘Raúl’, zei ik met Spaans accent, voor extra articulatie.

 

‘Ah, Raoelie!’, riep de man vrolijk, alsof hij mij opeens herkende. ‘Ik heet Hendrik’, en hij bleef me in de ogen kijken. Ik wendde mijn blik af en zag een programma tegen een nabije boomstam geplakt. ‘Hendrik!’, riep ik toen ik zijn naam zag staan. ‘Wat?’, zei de oude man. ‘Gaat u iets voordragen?’ Op het programma stond onder zijn naam een met pen doorgestreepte titel en daarnaast in hanenpoten een andere. Ik las de eerste titel hardop: ‘Alleen op reis’.

 

De man leefde op en zei: ‘Dat is mijn beste verhaal.’ ‘Waarom is het dan doorgestreept?’, vroeg ik. ‘Ik mag het niet voordragen van de uitgever’, zei hij met een schuin oog op de man bij het naburige kraampje, ‘omdat het te zwaar zou zijn voor het publiek. Het gaat over de dood. Hij wil dat ik een vrolijk verhaal voorlees. Hij wil ook dat ik geld vraag voor mijn boeken, terwijl ik ze liever gratis weggeef.’ De uitgever stond niet ver van ons, maar was blijkbaar even slechthorend als Hendrik.

Als ik moe thuiskom van mijn werk, vlucht ik naar de kinderwereld van Hendrik

Het zou nog een paar uur duren voordat Hendrik zou voorlezen, dus ik fietste eerst door naar mijn tuin. Ik had een rijke oogst en was gelukkig op tijd terug, want ik zag Hendrik al naar de microfoon lopen. Tijdens het voordragen was al zijn warrigheid verdwenen en zijn verhaal was grappig en origineel. Na afloop liep ik naar hem toe om hem te bedanken, maar ik betwijfel of hij mij herkende.

 

‘Hoe doe je dat, een heel boek schrijven?’, vroeg ik. Hij zei: ‘Ik heb tachtig jaar aan dromen om uit te kiezen. Ik ben altijd een dromer geweest. Het begon op de middelbare school, toen meisjes op een bepaalde leeftijd iets van mij gingen verwachten. Dat beangstigde mij, en toen ben ik gevlucht in mijn fantasie, naar de prehistorie.’

 

Hierdoor was ik vastbesloten om het boek te kopen, maar Hendrik had geen pinautomaat, dus ruilde ik het voor een courgette uit mijn tuin, toen de uitgever even niet keek. Nu, als ik moe thuiskom van mijn werk, vlucht ik naar de kinderwereld van Hendrik, waar ik naast Marijke in de klas zit, en zij tegen mij zegt: ‘Raúl, je rommelt maar wat aan, laat me je helpen. Ik ben niet verliefd op je, maar zonder mij kom je er gewoon niet.’