Terug voor de klas: deze Pabo-studenten kunnen niet wachten

3 februari 2021
Beeld:

Eigen foto | Lisa van Klink

Geplaatst door
Kyrie Stuij Marloes van de Wakker
Op
3 februari 2021

Na twee keer sluiten gaan de basisscholen volgende week weer open. En daarmee doet het kabinet opnieuw een beroep op het aanpassingsvermogen van de leerkracht. Wat vinden Pabo-studenten? ‘Als de crisis iets bewijst, dan is het wel het belang van fysieke lessen.’

‘Kinderen wil je in het echt helpen’

Volgende week mag eerstejaarsstudent Stijn Koeman (17) eindelijk weer voor de klas staan. Een verademing: voor hem als stagiair, maar vooral voor de kinderen. ‘Als de coronacrisis iets bewijst, dan is het wel de noodzaak van fysieke lessen. Nu hebben ze al een leerachterstand, maar in de tweede helft van het schooljaar moeten leerlingen alles gaan afronden. Denk bijvoorbeeld aan de Cito-toets,  daar wil je ze gewoon in het echt bij helpen.’ 

Beeld: Eigen foto | Stijn Koeman

Stijn begon midden in de pandemie aan zijn studie. Omdat Pabo-studenten in het eerste jaar al stage lopen, heeft hij zowel het fysieke als het online onderwijs meegemaakt. Bang om besmet te raken is hij niet geweest. ‘Door mijn leeftijd val ik niet direct in een risicogroep en in het klaslokaal lukt het goed om afstand te houden van je collega.’ 

 

Ondanks dat hij blij is met het besluit om basisscholen weer te openen, snapt hij de kritiek van leerkrachten over doorlopend openen en sluiten van het basisonderwijs.‘Dat is voor leerkrachten vervelend en ook voor de kinderen verwarrend. In december tuigden we op mijn basisschool bijvoorbeeld de kerstboom op om die vervolgens nog voor het kerstdiner weer op te ruimen, want de school moest weer dicht.’

 

Stijn is zelf nog maar vijfeneenhalf jaar weg van de basisschool maar heeft altijd geroepen dat hij terug wil keren als leerkracht. Dat de coronacrisis zijn vak zo verandert, sterkt hem juist in de keuze voor zijn beroep. ‘Pas als een school moet sluiten zie je wat voor magische omgeving een klaslokaal eigenlijk is.’

‘Nu weet ik: mijn vak doet er toe’

Lisa van Klink liep vorig jaar nog ‘echt’ stage. Gewoon zoals je het je inbeeldt: voor de klas, midden in de gezellige chaos van kinderen en collega’s en met praktijkopdrachten. Als tweedejaars Pabo-student zag ze haar stage dit jaar volledig veranderen. ‘Toen zat ik opeens achter mijn laptop om kleuters les te geven.’ Lachend: ‘En kleuters en laptops zijn niet de beste combinatie.’

Beeld: Eigen foto | Lisa van Klink

Recent maakte ze online kennis met groep zes, haar nieuwe stagegroep. Dat ze de leerlingen volgende week in het echt ziet, is niet alleen leuk, maar ook een opluchting. ‘Die zijn zo energiek: die kletsen online allemaal door elkaar heen.’ Daarnaast hebben kinderen fysiek onderwijs hard nodig, merkt Lisa. ‘Dat zie je aan de tussentijdse toetsen die we afnemen. Als kinderen thuiswerken is het merendeel van de antwoorden gewoon fout.’ 

 

En daarom moeten wat haar betreft de basisscholen gewoon open, ook al behoort ze zelf tot een risicogroep voor het coronavirus. Want: ‘Corona kan ik ook oplopen als ik door een supermarkt loop, het risico is overal.’ Bovendien heeft de crisis haar alleen maar positiever gemaakt over het vak van leraar. ‘Juist nu zie ik met eigen ogen hoe belangrijk fysiek onderwijs is. Ik kan zeggen dat mijn vak er echt toe doet.’ Dat heeft ook nog een ander voordeel: ‘Waar ouders eerst nog weleens snel konden klagen over het onderwijs, merk ik dat ze na die weken thuisonderwijs meer waardering en respect voor leraren hebben.’

‘Zelf leer ik ook meer in de klas’ 

Leraren moeten voorrang krijgen bij het vaccineren, vindt Sjoerd Postuma (19). Hiervoor tekende hij zelfs een petitie. Dat het kabinet er niet voor zorgt nu de basisscholen weer opengaan, begrijpt hij niet. ‘Ik vind het vooral belangrijk voor oudere collega’s, die vijf dagen per week voor de klas staan. Zij moeten goed beschermd zijn.’ 

Beeld: Eigen foto | Sjoerd Postuma

Toch is Sjoerd blij dat de basisscholen weer opengaan. ‘Scholen zijn er niet voor de lol. Basisonderwijs moet echt fysiek plaatsvinden, anders krijgen de kinderen snel een leerachterstand.’

 

In september begon Sjoerd met zijn eerste stage van dit schooljaar. Bij de kleuters in zijn klas merkte hij weinig van de coronacrisis. ‘Van collega’s en ouders moest ik afstand houden, dus dat voelde wat minder persoonlijk. Maar afstand houden tot de kinderen hoefde gelukkig niet, dat is ook niet te doen.’ Sjoerd is wel blij met de komst van sneltesten voor leraren, omdat je als docent niet zomaar een hele dag thuis kunt blijven in afwachting van de uitslag.  

 

Deze week startte Sjoerd met een nieuwe stage, in groep drie. Op zijn eerste stagedag bestond zijn klas uit slechts vier leerlingen. Dat waren kinderen van ouders in fysieke beroepen of met een kwetsbare thuissituatie. Sjoerd is blij dat zijn klas snel weer voller zal zijn. Niet alleen voor de leerlingen, maar ook voor zichzelf ziet hij voordelen. ‘Als stagiair leer ik natuurlijk ook veel meer in een klaslokaal dan vanachter mijn scherm thuis.’